“Zijn engagement is misschien wel hetgeen waar ik de coureur het meest om benijd”
Fietsen. Het jaagt de kramp in je kuit, maar vooral ook de rommel uit je kop. Doorheen de jaren heb ik ontdekt hoe verstillend een jaagpad kan zijn. Na kilometers fietsen, is er geen plaats meer voor honderden gedachten, besognes en beslommeringen. Dan is er alleen nog hongerklop en zadelpijn. Heerlijk.
De koers. Dat is mensen die stoelen in hun voortuin zetten. Samen zij aan zij wachten op de stoep, elk voor zijn deur. Urenlang. En dan roepen en juichen. Niet voor de ene ploeg, of tegen de andere. Maar verbonden met die hele massa die in een paar seconden voorbij dokkert.
Vallen. Hij weet dat dat zal gebeuren, vroeg of laat. En hij kent de pijn. Zijn engagement is misschien wel hetgeen waar ik de coureur het meest om benijd. Misschien krijgt hij een bloemeke aan de meet. Maar waarschijnlijk niet. En toch doet hij het. Tegen wind en beter weten in.
Wie is Leonard Cools?
Leonard Cools is een geboren en getogen Gentenaar. Hij studeerde er Kunstwetenschappen en heeft er zijn atelier. Van daaruit vinden zijn tekeningen hun weg naar kranten, magazines, concertzalen, bedrijven, ramen en postkaarten.
Leonard vindt veel inspiratie in sport, vooral in fietsen. Als hij geen tekenaar was geworden, zou hij het liefst van al wielrenner geweest zijn. “Ik zou dan misschien niet de snelste coureur zijn, maar wel één die ook goed kan tekenen”.
Eerder dit jaar gaf hij zijn eerste solotentoonstelling, waarin hij onder andere de vallende coureur, de zittende toeschouwer en de mens in zijn blootje (zowel letterlijk als figuurlijk) vereerde.